Door dik en dun trouw

Geplaatst 23 apr 2013 01:49 door De Stadslamp Amsterdam
Zondag 21 april, 
Verkondiging in het kader van Preken voor de koning op 21 april 2013 in de Kerk van Onze Lieve Vrouw van de Allerheiligste Rozenkrans te Amsterdam
door Pierre Valkering, pastor.
Gelezen: uit het boek der Handelingen van de apostelen (13, 14.43-52)Psalm 100 (2.3.5), de Openbaring van Johannes (7, 9.14b-17) en het evangelie volgens Johannes (10, 27-30).

(Eerst gepubliceerd op Preken voor de Koning, 22 april 2013)

Nou, koninklijke hoogheden, inderdaad is het nu bijna zover. Nog even, nog “negen nachtjes slapen” en u, Willem-Alexander, zit op de troon. In dat Koningslied dat wij als het ware “met z’n allen hebben geschreven”, daarin staat: De dag waarvan je wist dat die zou komen is eindelijk aangebroken. En: Iedere stap die jij tot nu toe in je leven zette, die leidde er naar toe, naar deze dag. En zo is het.

Persoonlijk gun ik het u van harte. U bent voor het koningschap letterlijk in de wieg gelegd.Zesenveertig jaar lang bent u er naar toe gegroeid. Dat zal zeker niet altijd meegevallen zijn. Want: u hebt er in beginsel niet zelf voor kunnen kiezen, voor deze taak. U moest wel. En dan hebt u daarbij heel uw leven lang in de schijnwerpers gestaan. U kon geen stap verzetten of iedereen zag het. En iedereen had er een mening over. Als kind hebt u vast al goed geleerd, hoogheid, om “binnen de lijntjes te kleuren”. In uw positie is dat uiterst belangrijk, want u weet, ik hoef u niets te vertellen natuurlijk: er hoeft maar dít te gebeuren en het is afgelopen met het koningschap in Nederland. Nog maar pas geleden besloot het parlement om de koning voortaan buiten het formatieproces te houden. Een niet mis te verstane maatregel. Het parlement heeft daarmee de ruimte voor de koning binnen ons staatsbestel nog weer verder ingeperkt. Niet echt wat je noemt een leuk afscheidscadeau voor uw moeder en een leuk welkomstcadeau voor u. Ik kan mij voorstellen dat dit ten paleize best even slikken zal zijn geweest. Maar zo zijn dus de verhoudingen: Als ons staatshoofd hebt u formeel weinig macht.

Des te groter is mijn bewondering en waardering voor u dat u in staat en bereid bent om die taak van het koningschap in Nederland ten bate van dat veelkleurige, mondige, brutale en vaak narrige volkje op u te nemen. U bent een aardige vent hoogheid. U bent geweldig goed geprepareerd op de taak die u wacht. U hebt daar denk ik ook enorm uw best voor gedaan. Als koning zou het u dus moeten kunnen lukken. U zult een evenwichtskunstenaar moeten zijn. Maar als dat u lukt, als u dat goed dóet, dan zult u mensen heel veel kunnen geven. Dan zullen wij met z’n allen veel aan u beleven. Dan is dat koningschap een práchtige taak en voor ons allen een bron van vreugde. En dan zal uw koningschap verwijzen ook naar de wijze waarop Gód in Jezus Christus voor de mensen koning is. Dan zal het licht van Zijn koningschap doorschijnen in dat van u.

In de tweede voorlezing uit de bijbel die wij vandaag gehoord hebben, uit het boek van de Openbaring van Johannes, daarin hoorden wij over “een geweldige menigte die niemand tellen kon uit alle rassen en stammen en volken en talen. Zij stonden voor de troon en voor het Lam.” Wat we op 30 april aanstaande zullen meemaken, dat zal daar een beetje op lijken. De hele wereld zal daar vertegenwoordigd zijn en op de troon zult u dan zitten. Ik zou zeggen, hoogheid, durf er te zitten zoals dat “Lam” op de troon zit. Dat “Lam” dat is Jezus Christus, een kwetsbaar mensenkind zoals wij allen. Jezus heeft in zijn leven echt ergens voor gestaan. Hij stónd voor Zijn geloof in Zijn God. Daarmee heeft Jezus nogal wat mensen geïrriteerd om niet te zeggen: Hij heeft ze daarmee zeer getergd. En daarmee heeft Jezus alle plagen van Egypte over zich afgeroepen: Grote agressie heeft Jezus met Zijn geloof in Zijn God opgeroepen. Maar dat heeft Hem niet van Zijn stuk gebracht. Hij is bij Zijn geloof en Zijn God gebleven. Als een beest werd Jezus afgeslacht, als een lam. Maar wij in de kerk geloven dat Jezus met Zijn geloof en Zijn God het toch gered heeft. Wij geloven dat de God van Jezus Hém gered heeft. Hij is gedood, geslacht, Jezus, maar Hij leeft, Hij regeert. Op de troon zit het Lam. Van harte wens ik u toe, hoogheid, dat ook U zich door Hem, door Jezus, door Zijn geloof en Zijn God, die oneindig kwetsbaar is en juist daarom oneindig sterk; van harte wens ik U toe dat juist ook u in uw positie zich door Hem wilt en zult laten voeden.

Voor de troon van het Lam staan, zo wordt gezegd, “degenen die komen uit de grote verdrukking”. Grote verdrukking, hoogheid, ervaren ook velen van uw toekomstige zogenaamde “onderdanen”. Ik denk dan aan mensen in moeilijke levensomstandigheden, mensen die rotdingen hebben meegemaakt waar ze maar moeilijk of niet overheen komen. Ik denk aan mensen die geen werk hebben. Ik denk aan mensen die geen of te weinig geld of schulden hebben. Ik denk aan mensen die zich niet gelukkig voelen. Ik denk mensen die ziek of gehandicapt zijn en het daar moeilijk mee hebben. Ik denk aan mensen ook die beschouwd worden of die zichzelf beleven als losers, als mislukte mensen. Er staat: “Hij die op de troon is gezeten zal zijn tent over hen uitspreiden. (…) Het Lam in het midden van de troon zal hen weiden en voeren naar de waterbronnen van het leven en God zal alle tranen van hun ogen afwissen.” Die woorden, hoogheid, gaan dus over het Lam Jezus, over die koninklijke mens naar Gods hart. Maar ik denk: ook u, juist ook u, in uw positie, kunt een behoeder, een herder en een trooster zijn voor verdrukte mensen, voor mensen in nood. Daarover hoorden we ook in de evangelietekst van deze zondag die binnen onze katholieke kerk de zogenaamde “roepingenzondag” wordt genoemd: “Mijn schapen luisteren naar mijn stem en Ik ken ze, en ze volgen Mij. Ik geef hun eeuwig leven; zij zullen in eeuwigheid niet verloren gaan en niemand zal ze van Mij wegroven.” Dat zijn de woorden van de evangelist Johannes. Hij legt ze in de mond van Jezus en terecht: wij mogen geloven dat die woorden echt uitdrukken en weergeven wie Jezus was en is en blijven zal: de kwaliteit van Zijn leven die Hij ook aan ons wil geven en dus ook aan u hoogheid. Van harte hoop ik dat alle inwoners van Nederland en op de eerste plaats die zogenaamde “verdrukte mensen” in u een vriend, een bondgenoot, een buddy en beschermer mogen herkennen en hébben die door dik en dun trouw is aan de godgegeven taak die hij ten dienste van mensen uit mag oefenen.

Er was nóg één bijbellezing. Dat was de eerste lezing. En dat was vandaag de spannendste denk ik en de pikantste. Wij ontmoetten daarin Paulus, de grote missionaris, verspreider van het christelijk geloof, in de eerste eeuw. In levenden lijve had hij Jezus nooit ontmoet. En toch is Paulus vol van Hem. Hij heeft zijn leven helemaal gesteld in Zijn, in Jezus’ dienst. Wij hoorden hoe Paulus samen met Barnabas arriveert in de stad Antiochië in Pisidië, dat is in het tegenwoordige zuiden van Turkije. Paulus maakt veel los. Veel mensen worden geraakt door wie hij is, Paulus. Zij worden geraakt door wat hij naar voren brengt en door hóe hij dat doet. Sommigen ervaren hem in die zin als een bedreiging. Er staat: Zij “hitsten de godvrezende vrouwen op die uit de toonaangevende kringen kwamen en ook de voornaamste burgers van de stad.” Ja, berg je dan maar. Als je dat soort mensen tegen je krijgt, dan ben je natuurlijk nog niet jarig. “Zij veroorzaakten een vervolging tegen Paulus en Barnabas en verjoegen hen uit hun gebied.” Niet alleen apostelen-avonturiers, hoogheid, ook koningen en keizers worden soms verjaagd. Denk aan de Romanovs en Haile Selassie, aan de sjah van Perzië, aan koning Constantijn, aan Lodewijk XVI en Marie-Antoinette. Van harte wens ik u en prinses Máxima toe dat u vanaf 30 april stevig in het zadel zult zitten en dat u zich als koning en koningin gedragen en geliefd zult voelen door zoveel mogelijk Nederlanders. En toch: de monarchie in Nederland en natuurlijk het leven van elk van ons hangt aan een zijden draad. Er hoeft maar dít te gebeuren en ‘t is exit. Als Paulus en Barnabas worden weggejaagd, dan tillen zij daar niet te zwaar aan. Zij schudden het stof van hun schoenen en gaan naar Ikonium hoorden wij. En dan staat er: “De leerlingen (…) waren vervuld van vreugde en van de heilige Geest.” Ik wens het, hoogheden, u en ons allen in alle omstandigheden toe: moge, wat het leven ons ook brengen zal, de vreugde en het vuur van Gods Geest, die van het Lam dat werd geslacht, altijd in ons leven. Leve de Koning. Amen. Alleluia.


Comments