Een onthullende ontmoeting met Jezus

Geplaatst 30 mrt 2011 02:10 door De Stadslamp Amsterdam
Verkondiging op Zondag 27 maart 2011 10:00 in de Jeruzalemkerk te Amsterdam door Bas van der Graaf.  
Bijbellezing: Exodus 17:1-7, Johannes 4:5-26.

Gemeente, gasten in ons midden,

Het verhaal van de ontmoeting van Jezus met de vrouw bij de bron werd in de vroege kerk gelezen met de geloofsleerlingen die zich voorbereidden op hun doop en belijdenis met Pasen. 'Het was voor hen', schrijft Robert Webber, 'maar ook voor ons, een krachtig verhaal omdat het terugroept tot de meest basale en rudimentaire waarheid van het Evangelie - berouw en transformatie.'

Toen ik deze week met de voorbereiding bezig was kon ik me helemaal voorstellen waarom de vroege kerk dit gedeelte zo'n prominente plek gaf in de veertigdagentijd en de doopvoorbereiding en wel om twee redenen.

De eerste reden is, dat in dit verhaal stap voor stap het geheim van Jezus' persoon en werk aan het licht komt. We worden als het ware als leerling meegenomen in een ontdekkingstocht waarin we stapje voor stapje tot de ontdekking kunnen komen dat en waarom Jezus de Messias is. En die ontdekking (of de bevestiging daarvan) is cruciaal voor de voorbereidingstijd op Pasen.

Maar de tweede reden is, dat door dit verhaal óók stap voor stap aan het licht komt wie we zelf zijn. In de ontmoeting van Jezus met deze vrouw brengt hij ook de diepste geheimen van háár leven aan het licht en zo wil hij dat ook met ons doen. Want zelfkennis en Godskennis horen bij elkaar. In de woorden waarmee Johannes Calvijn zijn Institutie begint: 'Nagenoeg de gehele hoofdinhoud van onze wijsheid, die verdient voor de ware en hechte wijsheid gehouden te worden, bestaat uit twee delen, de kennis van God en de kennis van onszelf.'

Ik stel voor dat we vanmorgen met die ogen samen door het verhaal van deze ontmoeting heenlopen. Steeds dus met in ons achterhoofd de vraag: Wat ontdekken we hier over Jezus en wat ontdekken we over onszelf? Zullen we dat proberen?

*Het begint allemaal met een op het oog toevallige ontmoeting. Op het heetst van de dag is Jezus moe van een lange tocht en hij gaat bij een bron zitten. Het is al een oude bron, verbonden met aartsvader Jakob, dus het is een plek die meteen allerlei associaties oproept en die voor Samaritanen een grote betekenis had. Dit laten we verder echter liggen (in het voorbereidingsmateriaal van de kringen kun je er over lezen) en we richten ons op de vrouw die naar de put komt. Dat zij op dat tijdstip naar de put komt is opmerkelijk, omdat vrouwen in die tijd 's morgens vroeg of in de avond water gingen putten, als het niet zo heet was. Het is de eerste aanwijzing dat er iets met haar aan de hand is en dat ze liever de andere vrouwen niet ontmoet (of zij haar niet).

Tot verwondering van deze vrouw wil Jezus haar echter wel ontmoeten, want hij knoopt een gesprekje met haar aan. Hij vraagt of ze water voor hem kan putten, omdat hij dorst heeft. Een gewone vraag uit het gewone leven dus, maar wel één die het startpunt blijkt te zijn voor een zich razendsnel verdiepend gesprek. Eerst spreekt ze er haar verbazing over uit dat Jezus als Joodse man de dubbele barrìere oversteekt tussen mannen en vrouwen en Joden en Samaritanen. Meteen een veelbetekenend kenmerk van Jezus' optreden.

Maar wat nog veel kenmerkender is: Jezus tilt het gesprek in een paar stappen naar een ander niveau. Van gewone dorst schakelt hij naar geestelijke dorst en van gewoon water naar levend water waarvan je in eeuwigheid geen dorst meer krijgt. En hij benadrukt daarbij dat als de vrouw zou weten wie ze voor zich heeft, zij ook zou beseffen hij dat levende en voor eeuwig dorstlessende water zou kunnen geven. Maar dat gaat allemaal wel heel snel voor deze vrouw en het duurt de nodige tijd voor ze door heeft dat het inmiddels niet meer om gewoon water en gewone dorst gaat. En ook dat is kenmerkend, maar dan voor ons mensen: dat onze ogen niet zomaar open gaan voor de diepere dingen van het leven, laat staan voor het geheim van Jezus. Dat is vaak een heel proces!

*Inderdaad, ook voor deze vrouw is het een heel proces. Maar het is bijzonder om te zien hoe Jezus dit proces met een soort schokeffect weet te versnellen. Want als de vrouw aan hem vraagt 'Geef mij dat water, heer, dan zal ik geen dorst meer hebben en hoef ik ook niet meer hierheen te komen om water te putten' geeft Jezus een vreemd en voor haar onverwacht antwoord. Hij zegt: 'Ga uw man eens roepen en kom dan weer terug.' Waar slaat dat nou op, vraag je je af? Nou, dat wordt snel duidelijk, want de vrouw zegt: 'Ik heb geen man.' 'Klopt', zegt Jezus, 'u hebt vijf mannen gehad, en degene die u nu hebt is uw man niet.' Bam!!

In een paar zinnen legt Jezus het leven van deze vrouw bloot. Een veelbewogen leven, maar vooral ook een zondig leven. Ik weet wel dat veel mensen dat vandaag niet zo zouden noemen - de afgelopen week overleed filmicoon Liz Taylor die maar liefst acht keer getrouwd is geweest en dagblad Trouw kwalificeert dat als 'schaamteloos en uitbundig'. Jezus maakt echter op zijn minst duidelijk dat dit niet Gods bedoeling is. Maar waar ligt de verbinding met die dorst en dat water? Willem Barnard maakt daarover in zijn mooie boek Stille Omgang (aantekeningen bij lezingen van het leesrooster van de kerk) een verhelderende opmerking over. Hij zegt dat deze vrouw staat voor de levensdorst van de mensheid en zij die heeft geprobeerd te lessen op seksueel gebied en in verschillende relaties. Die opmerking helpt echt verder en kan meteen ook verbreed worden. Deze vrouw zocht haar dorst op seksueel gebied te lessen, anderen zoeken het in macht, in geld, in genot of in alles tegelijk. Wij mensen hebben nu eenmaal een ziel die dorst heeft en snakt naar vervulling en helaas zoeken we het nog al eens bij de verkeerde bron. En dat is wat Jezus deze vrouw duidelijk maakt.

En het bijzondere is: deze vrouw wordt niet boos, maar buigt voor het profetische gezag van Jezus' woorden. Ze ervaart het als een zegen dat Jezus haar leven blootlegt. Herkennen we dat?

*De vrouw wordt dus niet boos op Jezus, maar zegt: 'Nu begrijp ik, heer, dat u een profeet bent.' Iemand die zo dwars door heenkijkt moet wel een profeet zijn. Maar die constatering is dan ook wel meteen een aanleiding voor haar om over haar godsdienst te gaan praten. Hoeveel er ook mis zit in haar leven, ze heeft nog wel gevoel voor religie. En meer dan dat, het lijkt er op dat het gesprek met Jezus bij haar het verlangen wakker roept om God te zoeken en te aanbidden. Zo kan dat gaan, als we zo heftig worden geconfronteerd met de puinhopen van ons leven. Zo gaat dat bij velen ook vandaag.

Het probleem voor deze vrouw is alleen, dat ze er aan twijfelt wat nu de juiste plaats is om God te aanbidden. Dat had alles met het religieus-etnische conflict tussen Joden en Samaritanen te maken. De Samaritanen waren van gemengde afstamming en mochten bij de herbouw van de tempel daarom niet meedoen. Om die reden hadden ze op de berg Gerizim een eigen heiligdom gebouwd, maar dat was in 129 voor Christus verwoest. Het was echter altijd een heilige plaats gebleven en de vrouw zal de berg hebben aangewezen terwijl ze sprak (de Jacobsbron lag aan de voet van Gerizim). Dus wat moest ze nou? Naar de tempel in Jeruzalem of naar de Gerizim?

Dan komt Jezus met een geweldige uitspraak. Hij zegt: 'Geloof me, er komt een tijd dat jullie noch op deze berg, noch in Jeruzalem de Vader zullen aanbidden.' En even verder zegt hij: 'En die tijd is nu gekomen, dat wie de Vader echt aanbidt, hem aanbidt in Geest en waarheid. De Vader zoekt mensen die hem zo aanbidden.'

Er komt dus een tijd, dat de aanbidding van God niet meer aan een plaats gebonden is en die tijd is gekomen met Jezus. Dat betekent dus niet anders dan: Jezus heeft de functie van de tempel vervuld en overgenomen. Als we bidden in de naam van Jezus hebben we daarmee direct toegang tot God. En dat geldt niet alleen voor Joden, het geldt ook voor Samaritanen (half-Joden) en heidenen. Jezus is dus het nieuwe heiligdom!!

*Wat zou dit verhaal nu kunnen betekenen voor geloven vandaag? Ik noem drie dingen. Om te beginnen: dit verhaal laat heel mooi zien hoe 'tot geloof komen' kan werken. Dat kan dus heel erg helpen om je eigen geloofsweg te duiden of te verdiepen, maar het kan ook heel erg helpen om bijvoorbeeld zoekers verder te leiden.

Als dit verhaal iets duidelijk maakt dan is het wel dat geloven en tot geloof komen een proces is dat ten diepste door Jezus zelf wordt geleid. Ik denk dat heel wat christenen zich op één of andere manier wel herkennen in het proces dat Jezus met deze vrouw doorgaat. Ik zelf herken het in elk geval heel erg.

Neem bijvoorbeeld de eerste fase van het proces. Jezus haakt gewoon aan bij de situatie zoals die op dat moment is. Misschien kun je zeggen, dat er voor Jezus geen gewone situaties bestaan, maar dat ze voor Jezus allemaal een deur kunnen zijn om binnen te komen. Goed om daar op te letten in de omgang met je collega's of je buren: heel gewone situaties en gesprekken kunnen een opening bieden om Jezus ter sprake te brengen. Maar ook goed om vast te houden als je het leven zo arm aan ervaring van God beleeft: ook in doodgewone dingen kan Jezus zich laten zien.

En wat vinden we van die andere fase, waarin Jezus de vrouw confronteert met de realiteit van haar leven. Heb jij dat al eens ervaren, dat Jezus zomaar opeens het licht aandeed in je leven en dwars door je heen keek? Als dat gebeurde was dat geen incident, want het hoort wezenlijk bij de weg van het geloof dat Jezus onze zonden aan het licht brengt. En hoe confronterend ook: daar ligt toch vaak de doorbraak in de richting van God, dat Jezus degene is die blootlegt waar het mis zit in je leven. En ik weet van sommigen van jullie hier, dat daar in feite de zoektocht richting God begon, bij een moment dat de waarheid van je leven opeens genadevol aan het licht werd gebracht. Loop er dus niet voor weg als het gebeurt, want daar wil Jezus je hebben.

*Geloven is dus echt een proces, waarin Jezus zelf de leiding neemt. Maar het bijzondere van dit verhaal is dat óók duidelijk wordt dat het in heel veel opzichten om hem drááit. Want Jezus maakt duidelijk dat hijzelf het grote geschenk van God is aan de wereld. Hij is het, die levend water kan schenken, water waar onze dorstige ziel mee gelaafd wordt zonder ooit nog dorst te krijgen. Híj is de Messias van Israël, die meer is dan een profeet, meer dan een priester, meer dan een koning, omdat hij het in wezen allemaal is. Jezus zeg ook in dít gedeelte nadrukkelijk ‘ik ben het’, zoals hij dat op allerlei andere cruciale momenten in het Johannes-evangelie zegt. (Ik ben het levende brood, ik ben het levende water, ik ben het licht van de wereld, ik ben de weg, de waarheid en het leven.

Maar het meest bijzondere is misschien toch wel dat hij de vervulling is van de tempel in Jeruzalem en alles wat daarin gebeurt. Door hem kunnen wij de Vader aanbidden in Geest en waarheid en dus niet op een bepaalde plaats, in Jeruzalem. Tom Wright schrijft daar het volgende over:'Jezus geloofde geroepen te zijn om te spreken en te handelen alsof Hij de vervanging was van de tempel en van alles waar die voor stond.' 'Als een Jood aan onreinheid leed, ging hij of zij gewoonlijk naar de tempel. Als een Jood vergeving van zonden wilde ontvangen, ging hij gewoonlijk naar de tempel. Tijdens zijn hele openbare optreden schonk Jezus reiniging en vergeving omdat het Hem gegeven was dat te doen.' Dat deed hij al tijdens zijn leven. Maar door zijn dood aan het kruis en zijn opstanding uit de dood werd dit van hogerhand bevestigd. Jezus is onze geestelijke tempel!

Hebben we Jezus zo leren kennen inmiddels? En beseffen we wat een ongelooflijke rijkdom van genade er dus bij hem te vinden is? Dit hele hoofdstuk is vol van die rijkdom en bevat even zoveel beloften ook voor ons.

*Op deze derde zondag in de Veertigdagentijd werd in de kerk vanouds de nadrukt gelegd om de oproep tot berouw. De vraag die gesteld werd en die wij ook elkaar stellen vandaag is: wat komt er aan het licht als wij Jezus ontmoeten? Worden er vandaag misschien dingen in je leven aangeraakt die in de ogen van God zonde zijn? Hebben we een verborgen leven of een verkeerd gericht leven zonder dat we het in de gaten hebben? Zoeken wij onze dorst te lessen bij de verkeerde dingen? Dringt Jezus er ook bij ons op aan vandaag om een eerlijk antwoord te geven op de vraag hoe het staat met ons leven? Zijn er dingen waar we berouw over hebben of zouden moeten hebben?

De geschiedenis van de Samaritaanse vrouw brengt ons bij het hart van het Evangelie. Jezus wil aan het licht brengen waar het mis zit in ons leven, maar niet om ons te veroordelen maar ons te laten delen in zijn genade. Al zou ons leven helemaal in de soep zijn gelopen (zoals bij die vrouw) dan nog is het niet hopeloos. De verzoening die Jezus voor ons bewerkte aan het kruis van Golgotha gaat zo diep en reikt zo ver, dieper en verder dan we ooit kunnen denken.

Maar bovenal wil Jezus ons tot de ware aanbidding van zijn Vader brengen. Aanbidding. Dat is: God de eer brengen die hem toekomt. Hem op de eerste plaats zetten in je leven, te midden van afgoden die ook naar je hand dingen. Hem dienen, van zijn zorg leven, je vreugde in Hem vinden, rust vinden in hem. Zoals Augustinus zei: 'Onrustig is ons hart, o God, tot het rust vindt in U.'

Jezus wil ons leren aanbidden in Geest en waarheid. Hij zelf is er in voor gegaan, zijn leven op aarde lang, tot op het kruis. En wat hij ons voordeed wil hij ons ook geven, van dag tot dag. Zo wil hij ons tot onze bestemming laten komen. Want dat is wat er gebeurt als je de Vader in geGeest en waarheid gaat aanbidden: dan kom je tot je tot je bestemming, voor nu en eeuwig. Die God is onze aanbidding meer dan waard.

Amen
Comments